mijn kijk op

Het christendom - de wortel van de westerse cultuur

Het christendom - de wortel van de westerse cultuur Op de website van 'filosoof, ethicus, scepticus en opiniemaker' Etienne Vermeersch prijkt al sinds 2003 het artikel 'Hoezo, christelijke waarden?', waarin hij de idee bestrijdt dat de wortels van de westerse beschaving bij de christelijke traditie ligt en waarin hij de belangrijke rol van 'christelijke waarden' op het verloop van de geschiedenis in twijfel trekt. Want wat is er nu zo 'christelijk' aan deze waarden? Hij stelt in de opening van zijn artikel dat in opiniebijdragen over de christelijke waarden en de Europese grondwet de vraag gesteld wordt of God nu taboe is, maar dat hem een veel ernstiger taboe opvalt: dat van de historische waarheid. Het ironische is dat de historische waarheid in zijn artikel als eerste sneuvelt. Het christendom is door de eeuwen heen behulpzaam geweest in het opzetten van talloze ziekenhuizen, scholen, universiteiten, weeshuizen, hulp- en liefdadigheidsinstanties. Geen andere religie in de geschiedenis kan zich hiermee vergelijken.

Het christendom - de wortel van de westerse cultuur


Het christendom en de ontwikkeling van de wetenschap

De wetenschap

Etienne Vermeersch stelt dat niemand betwist dat de Grieks-Romeinse cultuur en het christendom de basis gevormd hebben van onze cultuur, maar als je gaat kijken wat de doorslaggevende factor is die onze beschaving gebracht heeft tot de unieke internationale positie die ze in de twintigste eeuw heeft bereikt, dan is het antwoord volgens hem zonder meer: de wetenschap. En de ontwikkeling van de wetenschap, danken we volgens hem in essentie aan de Griekse wis- en natuurkunde, aangevuld met de Arabische rekenkunde en algebra. "Het christendom heeft daar niets mee te maken," zo beweert Vermeersch. Jiermee doet hij evenwel geen recht aan de historische waarheid.

Middeleeuwse universiteiten

De filosoof verliest uit het oog dat de bloei van de westerse wetenschap fundamenteel schatplichtig is aan de institutionele
infrastructuur die de middeleeuwse universiteiten boden. De christelijke universiteiten uit de middeleeuwen speelden een essentiële rol in de toename van de westerse kennis.[2] Lynn White, Jr., die professor in de middeleeuwse geschiedenis was, benadrukt dat de moderne wetenschap gegroeid is uit ontwikkelingen die hun ontstaan kennen in de middeleeuwen en niét enkel tot volle ontwikkeling is gekomen door opnieuw aan te sluiten bij de klassieke Oudheid:

Modern science is not simply a continuation of the interrupted scientific movement of antiquity: it is something novel, created by the later Middle Ages, having interests, presuppositions, and methods alien to the Greeks.[3]

Wetenschap heeft theologische wortels

Willem Ouweneel [4] heeft in navolging van John Hedley Brooke [5] geanalyseerd op welke wijze godsdienstige opvattingen -vooral het christelijke denken- tot de ontwikkeling van de natuurwetenschap heeft geleid. Ouweneel zegt kort samengevat dat het christendom vier wezenlijke zaken aan de natuurwetenschap heeft verschaft:
  • de noodzakelijke vooronderstellingen;
  • een zekere sanctionering (rechtvaardigingsgrond);
  • de juiste motieven; en
  • een bepaalde methodologie.

De wetenschap heeft theologische wortels. Het christendom hecht veel belang aan de rede en dat is een belangrijk kenmerkend onderscheid van het christendom, Het christendom is van meet af aan gebaseerd op de rede. Er is een match tussen de cognitieve vermogens en die van de werkelijkheid. Zo'n match is niét vanzelfsprekend, maar wordt volkomen begrijpelijk wanneer men ervan uitgaat van de idee dat één en dezelfde God zowel de mens gemaakt heeft als de ons omringende werkelijkheid. De rationaliteit van de natuur is op de rationaliteit van de mens aangelegd, zodat de menselijke rationaliteit op de rationaliteit van de natuur aangelegd is. God heeft volgens de joods-christelijke traditie contingente regelmatigheden in de schepping gelegd, waardoor de rationaliteit van alle dingen slechts door waarneming en experiment, dus a posteriori en niet a priori, gekend worden.

Griekse denken

De Griekse denkers toonden geen belangstelling voor empirisch onderzoek, aangezien de stoffelijke wereld volgens hen slechts een onnauwkeurige afspiegeling vormde van de ware werkelijkheid, de ideeënwereld en we a priori konden beredeneren hoe de wereld noodzakelijk samengesteld moest zijn. Het doen van experimenten was niet nodig. Het Griekse denken vormde onder meer hierdoor een barrière in de ontwikkeling van de natuurwetenschap.

The rise of science was not an extension of classical learning. It was the natural outgrowth of Christian doctrine: Nature exist because it was created by God. To love and honour God, one must fully appreciate the wonders of his handiwork. Moreover, because God is perfect his handiwork functions in accord with immutable principles. By the full use of our God-given powers of reason and observation, we ought to be able to discover these principles.
These were the crucial ideas, and that's why the rise of science occured in Western Europe, not somewhere else.[6]

Invloed van christelijke waarden

Egypte als in Babylonië

De tweede vraag die Vermeersch opwerpt is de invloed van de 'christelijke waarden' op het verloop van de geschiedenis:

Dat alle mensen voor God (Amon) gelijk zijn, zei men in Egypte al in 2000 v.C.: "Ik maakte de grote overstroming zodat de arme man er zijn deel van zou hebben zoals de rijke man; ik maakte iedere mens zoals zijn medemens." Ook de naastenliefde en de werken van barmhartigheid (de hongerigen spijzen, de dorstigen laven, de naakten kleden...) waren daar al gangbaar rond 1000 v.C.. "Bemin uw vijanden" vinden we vanaf de zevende eeuw v.C. zowel in Egypte als in Babylonië, en rond 500 v.C. kende men in China de Gulden Regel "doe een ander niet aan wat je niet zou willen dat die andere jou aandoet''. Een paar eeuwen vóór Christus verkondigden de stoïcijnen al dat wij allen in menselijke waardigheid gelijk zijn en dat wij een algemene mensenliefde (filanthropia) moeten nastreven.[7]

Doch al deze voorbeelden (los van de vraag of ze juist zijn) hebben geen enkele invloed gehad op de transformatie die het Westen onder het christendom heeft doorgemaakt. Het was niet de god Amon die voor verandering van denken heeft gezorgd in het Westen. Ook waren het niet de stoïcijnen met -volgens Vermeersch- hun ideeën over 'algemene mensenliefde' die voor veranderingen hebben gezorgd. En de algemene mensenliefde van de de Stoa haalt het niet bij de Bijbelse opdracht tot actieve naastenliefde. Getroffen worden door compassie doet immers afbreuk aan het ethische ideaal van onverstoorbaarheid en gemoedsrust (autarkeia en ataraksia), wat een ideaal van verstandelijke beheersing is. Volgens Dinesh D'Souza benaderde in het oude Griekenland Aristoteles de christelijke opvatting om oog te hebben voor je naaste nog het dichtst. Deze Griekse wijsgeer schreef dat de mens van hoge zielenadel niet nalaat andere, die in nood verkeren, te helpen. Maar hij doet dat uit vrijgevigheid, om zijn edelmoedigheid ten toon te spreiden en zelfs superioriteit ten opzichte van mensen die minder zijn dan hij.[8] De christelijke dienstbaarheid en het de ander hoger achten dan jezelf, is niet in het Griekse denken terug te vinden.

Medemenselijkheid en naastenliefde

Het waren christenen die de met hun spirituele liefde onderling blijk gaven van medemenselijkheid en naastenliefde en die met de charitas binnen hun gemeenschap de heidenen en de Romeinen versteld deden staan. Keizer Julianus toonde bewondering voor de manier waarop christenen zich om hun armen hun weduwen en wezen en hun zieken en stervenden bekommerden. Weliswaar geeft ook Vermeersch toe dat tijdens de eerste drie eeuwen het christendom zich op markante wijze onderscheidde door caritatieve activiteiten en vooral door een radicaal pacifisme, maar hij vergeet te vermelden dat het hier ging om christelijke nederigheid en niet om klassieke grootmoedigheid, dat het christenen waren die de eerste ziekenhuizen bouwden - eerst alleen voor christenen bestemd, maar later voor iedereen. Christenen verleenden hulp aan ieder die dat nodig had en beperkten hun hulp niet tot geloofsgenoten. Zo werd dat ook door kerkvaders uitgedragen:

De onaanzienlijksten van Christus’ broeders en zusters zijn volgens Augustinus niet alleen de leden van de Kerk. Augustinus geeft aan deze woorden nog een andere, ruimere uitleg. De minsten zijn ook allen wier lot Christus zich aantrekt. Het zijn de armen en de vreemdelingen; het zijn mensen die buiten de kerk staan en het kunnen zelfs de vijanden van Christus zijn.[9]

Seneca

Nu was het christenen bekend dat heidenen in theorie wel een positieve houding tot de vijanden konden aanbevelen. Men denke bijvoorbeeld aan de woorden van Seneca: "Ik ben aangenaam tegenover vrienden, zachtzinnig en meegaand tegenover vijanden."[10] Doch in de praktijk bleek van die positieve houding tegenover vijanden weinig. Heidenen beschouwden christenen als hun vijand en behandelen hen onrechtvaardig. De houding van christenen was evenwel anders; zij boden hulp zonder onderscheid des persoons. Zij die dat niet deden, werden niet als christenen beschouwd.[11]

Eerste christenen

Von Harnack zet in zijn Die Mission und Ausbreitung des Christentums in den ersten drei Jahrhunderten (1902) op een rijtje waarin de eerste christenen in hun dagelijks leven in positieve zin opvielen. Dat waren:
  • het geven van aalmoezen met inbegrip van wat nodig was voor een goed functioneren van het gemeente-zijn;
  • de financiële ondersteuning van voorgangers en missionarissen;
  • het omzien naar weduwen en wezen;
  • de zorg voor zieken, zwakken en arbeidsongeschikten;
  • de zorg voor gevangenen en gestrafte tewerkgestelden;
  • de zorg bij sterfgevallen;
  • de zorg voor slaven;
  • de zorg bij grote calamiteiten;
  • de zorg voor recht op arbeid;
  • de zorg voor rondtrekkende broeders (gastvrijheid) en arme en bedreigde gemeenten.

Wat Vermeersch ook niet benoemd, is dat al deze elementen of waarden de samenleving drastisch veranderd hebben en tot op de dag van vandaag doorwerkt in zowel ons denken als ons handelen en in de structuren van onze maatschappij. Het christendom is van grote invloed geweest in onze kijk op zieken, armen, achtergestelden en behoeftigen en in onze strijd om hun situatie te verbeteren en het menselijke lijden te verminderen.

Het is niet zo dat heidenen in die tijd geen liefdadigheid kennen. Bij hen ontbreekt echter de religieuze motivatie. De heidense medemenselijkheid is niet gegrond op een eis van de goden en daardoor behoudt ze altijd een vrijblijvend en individueel karakter.[12]

De inhumane trekken van het christendom

Positie van de vrouw en slavernij

De filosoof en opiniemaker beweert dat het christendom al heel vroeg ook inhumane trekken vertoonde: de haat tegen joden en ketters, de ondergeschikte positie van de vrouw en vooral: de goedkeuring van de slavernij. Over de (afschaffing van de) slavernij schrijft hij:

Als er achttien eeuwen nodig waren vooraleer al die gelovigen, zowel leken als hiërarchie, tot het inzicht kwamen dat slavernij een onduldbare aantasting was van de menselijke waardigheid, dan is er met dat christelijke erfgoed wel iets misgelopen.[13]

De scribent lijkt zich hier niets aan te trekken van historische feiten. De arabist Hans Jansen (1942-2015) schrijft in God heeft gezegd:

Het verdwijnen van de slavernij in West-Europa is niet even hartstochtelijk gedocumenteerd als de Kruistochten. Toch, in de dagen van Thomas van Aquino, de dertiende eeuw, was de slavernij behalve in nog niet-gekerstende uithoeken van Europa, voorbij. Hoewel het alras een min of meer theoretische kwestie was geworden, ging de kerk het houden van slaven als een zonde beschouwen.[14]

Campagne tegen slavernij (Abolitionisme)

Het waren later christenen die als eerste groepering, volledig religieus gemotiveerd en met behulp van het denkwerk en prediking van christelijke theologen, campagne voerden tegen de slavernij.[15] Die ene cultuur die de slavernij heeft afgeschaft, dat is de christelijke cultuur en niet op grond van een directe goddelijke openbaring, maar op grond van het theologische denkwerk van christelijke bijbelvorsers. Er waren ook christenen die meenden dat slavernij geen zonde was, maar die hebben het onderspit gedolven. De afschaffing van de slavernij hebben we niet te danken aan de Verlichting of seculiere intellectuelen.

"In de zo bijbelvaste Verenigde Staten verdween de slavernij pas na een bloedige burgeroorlog (1865)," aldus Vermeersch. Maar hij vergeet hierbij te vermelden dat het -zeker aan de kant van het Noorden- bovenal een moreel en religieus conflict was, omdat er in toenemende mate het besef groeide dat slavernij een moreel kwaad was. Uiteindelijk is de slavernij de belangrijkste oorzaak van de oorlog geweest. De Verenigde Staten waren inderdaad 'bijbelvast': tussen 1820 en 1830 vond een zogeheten Great Awakening plaats, een revival van religieus inzicht in de gehele Verenigde Staten. Hieruit ontstond het Abolitionisme, de stroming die voor de afschaffing van de slavernij ging pleiten.

Shoah (Holocaust)

Over de Shoah merkt Vermeersch op:

En waar waren de liefde en de verdraagzaamheid toen de joden eeuw na eeuw door die christenen werden vernederd, vervolgd en vermoord? Moeten we herhalen dat de Shoah plaatsvond in een land dat in verpletterende meerderheid katholiek of protestants was, zonder dat de hoogste kerkelijke leiders daar ook maar iets tegen inbrachten?[16]

De Jodenhaat is de grootste schandvlek uit de geschiedenis van de christelijke kerk, daar neem ik niets van af. Maar de opmerking van Vermeersch behoeft nuancering. De Joodse nieuwtestamenticus David Flusser betoogt dat de twintigste-eeuwse Holocaust weliswaar gezien worden als een escalatie van een proces dat in de vierde eeuw begonnen was, maar dat de Endlösung alleen in een onchristelijk Europa mogelijk was, waarbij het christelijke antisemitisme fungeerde als een praeparatio antievangelica.[17] In een eerder artikel schreef ik:

Het [christelijke antisemitisme] vormde de prelude en het was de opmaat voor een giftig en genocidaal programma in Nazi-Duitsland waar zich een nieuw heidendom ontwikkeld had, diametraal tegengesteld aan het evangelie. Het 'ontaarde christendom' heeft de weg geplaveid naar de heidense en mensonterende nazi-ideologie en de fabrieken des doods. Ondanks alle treurige toestanden en anti-Joodse sentimenten en gedragingen was in het christelijke Europa één ding niet mogelijk: een van hogerhand gedicteerde uitroeiing van de joden. Het jodendom werd volgens Flusser ondanks alles als enige niet-christelijke godsdienst geduld en zijn godsdienstige vrijheid werd erkend. Hoe valt dat te verklaren? Bij alle afschuwelijke verhoudingen was men zich er op de een of andere manier van bewust dat "een doelbewuste, van hogerhand bevolen uitroeiing van de joden als christenen de tak zou afhakken waarop men zelf zat". Flusser vervolgt: "Ondanks alle uitingen van christelijk anti-judaïsme kon men niet voorbijgaan aan het besef dat de joden het volk van het Oude Testament vormden en dat het christelijk geloof uit het jodendom was voortgekomen." (p.162) [18]

Flusser houdt ons de volgende waarschuwende woorden voor:

Als men niet inziet dat de 'Endlösung', een gevolg was van de secularisering van Europa, wordt men blind voor de gevaren van de ontkerstening van de Europese beschaving. Van zuiver joods gezichtspunt uit gezegd: Wat is de geloofsmatige band tussen de Godgelovige Jood en een atheïstische Europeaan? Zoals door één 'Endlösung' reeds is gebleken, brengt een goddeloos Europa zelfs voor het fysieke bestaan van de joden nog veel en veel grotere gevaren mee dan de duistere aspecten van het christelijk anti-judaïsme.[19]

Onderdrukking van de vrouw

En dan de onderdrukking van de vrouw, waar het christendom zich volgens Vermeersch schuldig aan heeft gemaakt.[20] Het is een mythe dat het christendom vrouwen onderdrukt, de historie toont juist het tegenovergestelde. Menig moderne ongelovige zal het niet snel willen geloven, maar het was het christendom dat de gelijk­waardigheid van de vrouw introdu­ceerde. De waardevolle positie van de vrouw in de tijd van de Vroege Kerk is opvallend te noemen. Vrouwen werden in bijna elke cultuur voorafgaand aan de komst van het christendom onderdrukt en als inferieur beschouwd. In het oude Griekenland en Rome hadden vrouwen een lagere status. Men zag de vrouw als het bezit van de man. Jezus doorbrak echter de mores van de patriarchale culturen, waaronder ook de Joodse samenleving ten tijde van Jezus. De manier waarop Jezus met vrouwen omging stond in schril contrast met de hem omringende cultuur. Door vrouwen -zelfs met een lagere sociale status- als serieuze en volwaardige gesprekspartner te beschouwen, als reisgezellin te accepteren en toe te laten in zijn directe kring van vrienden en vertrouwelingen, doorbrak hij taboes.

Het christendom verhoogde de positie van de vrouw, onder meer door de gelijkschakeling van mannen en vrouwen in de seksuele moraal. Het is even erg als mannen overspel plegen als vrouwen, mannen kunnen niet hun gang gaan; er wordt niet met twee maten gemeten. Zo mocht de Romeinse man van zijn vrouw scheiden wanneer zij overspel had gepleegd, terwijl andersom de vrouw moest toestaan dat de man met andere vrouwen omgang had. In het christendom zijn de voorschriften met betrekking tot echtscheiding voor beide seksen dezelfde; er wordt geen onderscheid gemaakt tussen man en vrouw. De positie en het prestige van de vrouw kwam op een hoger plan te staan. Verhoudingsgewijs traden daarom veel vrouwen toe tot het christendom. Veel Romeinen deden daar smalend over en beschouwden het als 'een godsdienst voor vrouwen'.

De christelijke ethiek gaat uit van de gelijkwaardigheid van man en vrouw. Mannen werden geacht om hun vrouwen lief te hebben (en niet een pak slaag te geven als ze zich in de ogen van de echtgenoot misdragen, wat Romeinse mannen wettelijk vrij stond om te doen) en hun kinderen niet verbitterd te maken. Deze principes stonden op gespannen voet met de Romeinse instelling van patria potestas, welk de man de absolute vaderlijke macht gaf die het ius vitae necisque (recht over leven en dood) van alle leden van de familia inhield. In het Romeinse rijk ondergingen veel vrouwen op grote schaal abortus onder dwang van de man. Indertijd was dit een levensgevaarlijke ingreep. Doordat christenen abortus afwijzen, werden vrouwen op deze wijze beschermd tegen deze gevaarlijke praktijken. Vrouwen hadden geen wettelijke rechten ten aanzien van hun eigen kinderen. Ook dat veranderde met de komst van het christendom.

De Bijbelse visie op mannen en vrouwen als gelijkwaardige partners veroorzaakte ook een ommekeer in het huwelijk. Christelijke vrouwen begonnen op latere leeftijd te trouwen, en ze trouwden mannen van hun eigen keuze. Hierdoor nam de oude praktijk af waarbij mannen met jongere meisjes trouwden die daar niets in te zeggen hadden en vaak niet ouder dan een jaar of twaalf jaar waren.

Een ander effect van het zout en het licht van het christendom was de impact ervan op de gangbare praktijk van polygamie, dat vrouwen vernedert. Veel mannen, met inbegrip van vele Bijbelse helden, hadden meerdere vrouwen, maar Jezus maakte duidelijk dat dit nooit de bedoeling (geweest) was van God. Wanneer hij sprak over het huwelijk, was het altijd in de context van een monogame relatie tussen één man en één vrouw. Hij zei: "En die twee [niet drie of vier] zullen één worden." Toen het christendom zich verspreidde, werd het monogame huwelijk de norm.

Uiteraard zijn er afwijkingen in de kerkgeschiedenis te bespeuren ten aanzien van de rol en positie van vrouwen. Maar dit mag niet de aandacht afleiden van de revolutionaire verandering in de status van vrouwen die dankzij de komst en verspreiding van het christendom in grote delen van de wereld werd (en wordt) ingezet.

Spoor van bloed

Vermeersch zegt niet anders te kunnen besluiten dan "dat geen enkele godsdienst, ideologie of beweging, door de geschiedenis heen een zo breed spoor van bloed en tranen, van verdrukking en uitbuiting, van dood en vernieling achter zich gelaten heeft, als het christendom". Welnu, de drie bekendste atheïstische regimes, de Sovjet-Unie, maoïstisch China en Hitlers Duitsland, hebben samen ongeveer 100 miljoen moorden (gesneuvelde soldaten dus niet meegerekend) op hun geweten. En dan zijn ‘kleinere’ atheïstische regimes (Cambodja onder Pol Pot, Albanië onder Hoxcha, Roemenie onder Ceausescu, Cuba onder Castro, Noord-Korea onder Kim Jong-IL) niet meegerekend.

De filosoof John Gray (zelf geen gelovige) wees op de geschiedenis van de seculiere intolerantie, waar mensen als Vermeersch blind voor zijn:

The role of humanist thought in shaping the past century's worst regimes is easily demonstrable, but it is passed over, or denied, by those who harp on about the crimes of religion. Yet the mass murders of the 20th century were not perpetrated by some latter-day version of the Spanish Inquisition. They were done by atheist regimes in the service of Enlightenment ideas of progress. Stalin and Mao were not believers in original sin. Even Hitler, who despised Enlightenment values of equality and freedom, shared the Enlightenment faith that a new world could be created by human will. Each of these tyrants imagined that the human condition could be transformed through the use of science.[21]

Om met de historicus John Coffey af te sluiten:

Godlessness is not always a humanising force. One could justifiably amend the dictum of Polly Toynbee: ‘The horrible history of atheism shows that whenever secularism grabs temporal power it turns lethal.'[22]

Noten
  1. Vermeersch, E., Hoezo, christelijke waarden?, De Standaard, 3 juli 2003. http://www.etiennevermeersch.be/artikels/godsdienst-religie/hoezo-christelijke-waarden (voor de laatste keer geraadpleegd op 9 juli 2012)
  2. Diederik Vandendriessche: Voorbij het 'Grote Gelijk' in het debat christendom versus Verlichting: een geschiedfilosofisch essay. Academia Press, Ghent University Academic Bibliography (Belgium).
  3. White, Jr., L., Medieval Religion and Technology. Berkeley: University of California Press, 1978.
  4. Willem J. Ouweneel: De zesde kanteling - Christus en 5000 jaar denkgeschiedenis, Barnabas, Heerenveen, 2000, p324vv.
  5. J.H. Brooke: Science and religion: Some historical perspectives, Cambridge, 1991.
  6. Rodney Stark: For the glory of God - How monotheism led to reformations, science, which-hunts, and the end of slavery, Princeton University Press, Princeton, New Jersey, 2004, p.157-158.
  7. Vermeersch, E., Hoezo, christelijke waarden?, De Standaard, 3 juli 2003.
  8. Dinesh D'Souza: Het christendom is zo gek nog niet. Nieuw Amsterdam Uitgevers, 2009, p.92.
  9. Wim van den Dool: De zieken dienen met volledige toewijding - De omgang met zieken bij Augustinus en Benedictus. Wapenveld. Jaargang 61, nummer 5, december 2011. Pagina 16–24.
  10. Seneca, De vita beata, 20, 5.
  11. Eginhard Meijering. Geschiedenis van het vroege christendom - Van de jood Jezus van Nazareth tot de Romeinse keizer Constantijn, Uitgeverij Balans, 2004, 3e druk, juni 2006, p.288.
  12. Prof. dr. A. Baars, drs. J.W. van Berkum, ds. L.J. Geluk, dr. A. Goudriaan, mr. G. Holdijk en dr. K. van der Zwaag. Kwetsbare minderheid, zichtbare gemeenschap - De Vroege Kerk als inspirerend voorbeeld voor christenen in een seculiere samenleving. Guido de Brès-Stichting, Gouda, 2009.
  13. Vermeersch, E., Hoezo, christelijke waarden?, De Standaard, 3 juli 2003.
  14. Hans Jansen: God heeft gezegd: terreur, tolerantie en de onvoltooide modernisering van de islam, 2003, p100.
  15. Rodney Stark: For the glory of God - How monotheism led to reformations, science, which-hunts, and the end of slavery, Princeton University Press, Princeton, New Jersey, 2004.
  16. Vermeersch, E., Hoezo, christelijke waarden?, De Standaard, 3 juli 2003.
  17. David Flusser: Het christendom - een joodse religie; Ten Have, Baarn, 1991.
  18. Tartuffel (pseudoniem): Het christendom: een joodse religie (David Flusser), http://mens-en-samenleving.infonu.nl/religie/66030-het-christendom-een-joodse-religie-david-flusser.html
  19. David Flusser: Het christendom - een joodse religie; Ten Have, Baarn, 1991, p163.
  20. Deze paragrafen zijn vooral gebaseerd op: Alvin J. Schmidt: How Christianity Changed the World. Zondervan Publishing Company, 2004.
  21. J. Gray, ‘The myth of secularism', New Statesman , 16–30 December 2002, p.70.
  22. John Coffey. The myth of secular tolerance. Cambridge Papers. Vol 12 No 3. September 2003. http://www.jubilee-centre.org/documents/Themythofseculartolerance.htm De columnist Polly Toynbee schreef in 2001: ‘The only good religion is a moribund religion: only when the faithful are weak are they tolerant and peaceful. The horrible history of Christianity shows that whenever religion grabs temporal power it turns lethal. Those who believe theirs is the only way, truth and light will kill to create their heavens on earth if they get the chance.' P. Toynbee, ‘Last chance to speak out', The Guardian , 5 October 2001 , p.21.

Lees verder

© 2012 - 2024 Tartuffel, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Pinto: interculturele communicatiePinto, hoogleraar interculturele communicatie, heeft de piramide van Pinto bedacht, de tegenhanger van de piramide van M…
Tips voor een goed betoogIn een land waar je je mening mag laten horen, en waar mensen niet klakkeloos een ideologie aan zullen nemen is een goed…
Hoe ziet de pluriforme samenleving in Nederland eruit?Hoe ziet de pluriforme samenleving in Nederland eruit?Nederland is een pluriforme of multiculturele samenleving. Ongeveer 24% van de inwoners in Nederland komt van buitenland…
Spirituals: Afrikaanse invloeden in Amerikaanse gospel songsSpirituals: Afrikaanse invloeden in Amerikaanse gospel songsWelke Afrikaanse invloeden zijn nog te herkennen in de spirituals die ontstonden onder de zwarte Amerikanen? Waarom wiss…

Ramadan op het werkRamadan op het werkElk jaar zullen er moslims zijn die meedoen aan de Ramadan, een periode van vasten. Het kost voor hen veel inspanning om…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Unsplash, Pixabay
  • A. von Harnack: Die Mission und Ausbreitung des Christentums in den ersten drei Jahrhunderten, 1902.
  • Alvin J. Schmidt: How Christianity Changed the World. Zondervan Publishing Company, 2004.
  • David Flusser: Het christendom - een joodse religie; Ten Have, Baarn, 1991.
  • Diederik Vandendriessche: Voorbij het 'Grote Gelijk' in het debat christendom versus Verlichting: een geschiedfilosofisch essay. Academia Press, Ghent University Academic Bibliography (Belgium).
  • Dinesh D'Souza: Het christendom is zo gek nog niet. Nieuw Amsterdam Uitgevers, 2009.
  • Een wijsgeer is niet wijs. Hij wil het worden, http://www.bijbelseplaatsen.nl
  • Eginhard Meijering. Geschiedenis van het vroege christendom - Van de jood Jezus van Nazareth tot de Romeinse keizer Constantijn, Uitgeverij Balans, 2004, 3e druk, juni 2006.
  • Guy de la Bédoyère. De Romeinen voor dummies. Pearson Education Benelux, 2007.
  • Hans Jansen: God heeft gezegd: terreur, tolerantie en de onvoltooide modernisering van de islam, 2003.
  • J. Gray, ‘The myth of secularism', New Statesman , 16–30 December 2002, p.70.
  • John Coffey. The myth of secular tolerance. Cambridge Papers. Vol 12 No 3. September 2003. http://www.jubilee-centre.org/documents/Themythofseculartolerance.htm
  • Rodney Stark: For the glory of God - How monotheism led to reformations, science, which-hunts, and the end of slavery, Princeton University Press, Princeton, New Jersey, 2004.
  • Prof. dr. A. Baars, drs. J.W. van Berkum, ds. L.J. Geluk, dr. A. Goudriaan, mr. G. Holdijk en dr. K. van der Zwaag. Kwetsbare minderheid, zichtbare gemeenschap - De Vroege Kerk als inspirerend voorbeeld voor christenen in een seculiere samenleving. Guido de Brès-Stichting, Gouda, 2009.
  • Seneca, De vita beata, 20, 5.
  • Tartuffel (pseudoniem): Het christendom: een joodse religie (David Flusser), http://mens-en-samenleving.infonu.nl/religie/66030-het-christendom-een-joodse-religie-david-flusser.html
  • Vermeersch, E., Hoezo, christelijke waarden?, De Standaard, 3 juli 2003. http://www.etiennevermeersch.be/artikels/godsdienst-religie/hoezo-christelijke-waarden (voor de laatste keer geraadpleegd op 9 juli 2012)
  • Willem J. Ouweneel: De zesde kanteling - Christus en 5000 jaar denkgeschiedenis, Barnabas, Heerenveen, 2000.
  • Wim van den Dool: De zieken dienen met volledige toewijding - De omgang met zieken bij Augustinus en Benedictus. Wapenveld. Jaargang 61, nummer 5, december 2011. Pagina 16–24.
  • White, Jr., L., Medieval Religion and Technology. Berkeley: University of California Press, 1978.
Reacties

Frans, 13-07-2012
Ik mis nog wat stukken. Ondanks het feit dat er eenmaal naar de kruistochten verwezen wordt, zie ik geen onderbouwing waarom dat goed geweest zou zijn. Evenals de rol van Italië in de Tweede Wereldoorlog en de rol van het Vaticaan hierin. Zeggen dat er een andere groepering ontstond is leuk, maar dat 'vergeet' je toch een stuk te vermelden.

Daarbij, na de val van het groot Romeinse rijk is men Katholiek geworden in het huidige Europa, domweg omdat de Katholieke kerk toendertijd het rijkst waren.

De positionering van het Christendom is niet alleen gebaseerd op goedheid, maar zoals zo veel, in meerdere mate op gewonnen oorlogen en geldbezit. En onderdrukking uiteraard, hoe kun je anders de heksenjacht en het verbod op aanleren van Latijn uitleggen die toch eeuwen lang aanwezig is geweest. Reactie infoteur, 13-07-2012
Dit artikel gaat niet over de (rol van de) kerk of hoe het christendom zich verspreidde, maar over het feit dat het christendom het fundament is van de Westerse cultuur. Of zoals arabist Hans Jansen het ergens uitdrukt:

"Onze cultuur is gemarineerd in het christendom. Het enige waar veel mensen vanaf zijn is dat ze geloven dat Jezus de zoon van God was, en dat hij is opgestaan uit de doden. Maar al die andere christelijke dingen, de onttovering van de natuur, dat je moet proberen de mensen terug te brengen naar een paradijselijke toestand waar ze geen pijntjes meer hebben, dat je zwakkeren en zieken dient te helpen, het zijn algemeen aanvaarde maar rare tegennatuurlijke opvattingen die van joods-christelijke origine zijn. Het is ook christelijke theologie dat we ervan uitgaan dat de wetten der natuur in het hele heelal gelden, en dat het dus zin heeft natuurkunde, scheikunde en biologie te bedrijven. Niemand die zich ook maar een beetje bewust is dat dat buiten Europa niet geloofd wordt.”

Met betrekking tot de kruistochten, raad ik het recent verschenen boek 'Op, op, ten strijde, Jeruzalem bevrijden! Het ware verhaal van de kruisvaarders' van Hans Jansen aan. De kruistochten waren een immense onderneming, die door vijf eeuwen van jihad geprovoceerd was, en waar heel Europa aan mee deed, aldus de arabist.

Wat betreft de heksenjacht het volgende:

"The European witch hunting era is one of the most appalling atrocities in Christian history, and has stigmatised the Christians of the Middle Ages (as well as Christianity generally), as superstitious, irrational, ignorant, and inhumane. But whilst there is no excusing the perpetrators, or those who encouraged the craze, certain facts should be understood which demonstrate that this madness was in fact not characteristic of Christianity, nor even characteristic of Christianity in the Middle Ages and Renaissance, but a strange incongruity in almost 2,000 years of Christian history." (http://goo.gl/Cl8Va)

Bovendien is de heksenjacht ook weer vanuit het christendom bestreden en afgewezen. Men leze: Rodney Stark. For the glory of God - How monotheism led to reformations, science, which-hunts, and the end of slavery, Princeton University Press, Princeton, New Jersey, 2004. Hij gaat zeer uitgebreid in op dit thema.

Franet (infoteur), 11-07-2012 #2
Ik kan alles wat in dit artikel te lezen is volledig onderschrijven: Datgene wat Jezus heeft gepredikt kwam rechtstreeks uit de Hemel van God. Hij verliet Zijn woonplaats om ons het Brood des levens te geven. Hij zal nogmaals uit de Hemel komen en Zijn Koninkrijk op Aarde vestigen. Prijst de Heer!
Groeten Franet. Reactie infoteur, 13-07-2012
Amen!

Tartuffel (2.972 artikelen)
Laatste update: 01-05-2023
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Religie
Bronnen en referenties: 20
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.
Artikelen met het label 'Mijn kijk op…' bevatten naast objectieve informatie ook een persoonlijke mening en/of ervaring.